IJsland: ijzige winterlandschappen

Voor wie niet meteen naar Zuid Spanje wil verhuizen wanneer de winter eraan komt, maar eerder houdt van ruige arctische landschappen, is IJsland de ultieme droomlocatie. In dit land van sneeuw en ijs, gletsjers en vulkanen weet zowel natuurliefhebber als fotograaf zijn gading te vinden.

IJsblok op zwart strand

IJsland is zo’n land dat je nooit meer loslaat als je er eenmaal geweest bent. De pure natuur, de uitgestrekte en desolate landschappen, de beklijvende sfeer en de gemoedelijkheid van de inwoners zijn maar enkele van de vele karakteristieken die bij elke bezoeker een sterke indruk nalaten. Dit eiland middenin de Atlantische oceaan is bijna volledig opgebouwd uit vulkanisch materiaal en gesteente. Arctische woestijnlandschappen wisselen zich af met indrukwekkende rotsformaties of kliffen. Aan de horizon tekenen laag- of middelgebergtes zich af, bedekt met gletsjers en doorklieft met kolkende rivieren. Het landschap is er uniek en divers: je vindt er fjorden en baaien, geisers en warmwaterbronnen, indrukwekkende watervallen en eindeloze lava-, mos- of spoelzandvlaktes.  Het enige wat je op IJsland niet vindt, zijn bomen. De enige vorm waarin ze voorkomen zijn struiken of werden ze aangeplant. Een gekende IJslandse grap luidt dan ook als volgt: “Wat moet je doen als je verdwaald bent in een IJslands bos? Rechtop gaan staan!”.

Zonsopkomst bij de Blue Lagoon

Arctisch licht

Behalve voor al die prachtige landschappen staat IJsland ook bekend voor haar licht. In de zomermaanden gaat de zon niet meer onder en word je vaak verwend met goed licht dat start rond 22u ’s avonds en zo doorgaat tot 5-6u ’s morgens. In de periode net voor en na de zonnewende kan je bovendien vaak genieten van een twee uur durende zonsop –en ondergang.
Als je denkt het allemaal gezien te hebben, dan begint het in de winter weer helemaal opnieuw, want dan maken de uitgestrekte zwarte lavavelden plaats voor eindeloze sneeuw- en ijsvlaktes; watervallen en rivieren bevriezen en het midzomerlicht maakt plaats voor het Noorderlicht.
Het mag wel duidelijk zijn waarom IJsland de laatste jaren zo enorm populair geworden is bij natuur- en landschapsfotografen, maar je hoeft eigenlijk helemaal geen fotograaf te zijn om te kunnen genieten van de natuurlijke schoonheid van dit eiland. 

Gematigd klimaat

 Hoewel de naam anders doet vermoeden is IJsland eigenlijk niet zo koud als je zou verwachten. Door de invloed van het warme zeewater, dat via de Golfstroom aangevoerd wordt, is IJsland in de winter veel gematigder dan andere landen op dezelfde breedtegraad. In de winter ligt de gemiddelde temperatuur in het zuiden rond het vriespunt. Het noorden van IJsland, dat bijna tegen de Noordpoolcirkel aan leunt, is doorgaans minder mild.
Hoewel de temperaturen tijdens de winter eigenlijk goed meevallen, moet je er toch rekening mee houden dat het weer op IJsland soms erg ruig kan zijn. Atlantische depressies worden van over zee aangevoerd en teisteren het eiland met felle windstoten en sneeuwstormen, waarbij een gevoelstemperatuur van -20 of -25°C geen uitzondering is. Voor wie IJsland dus in de winterperiode wil bezoeken is degelijke kledij echt wel aangewezen. Een wind- en waterdichte jas, fleece of trui opgebouwd in verschillende lagen, thermisch ondergoed, muts, sjaal, warme en winddichte handschoenen en stevige waterdichte wandelschoenen zijn absoluut noodzakelijk om warm te blijven tijdens het fotograferen of wandelen. Onthoud dus steeds het Noordelijke spreekwoord: “Er bestaat geen slecht weer, enkel slechte kledij...” Als je hieraan de nodige aandacht besteed, ben je wel opgewassen tegen de ruigere weersomstandigheden.

Materiaal

Naast al die kledij heb je natuurlijk ook het juiste fotomateriaal nodig. Met haar indrukwekkende en uitgestrekte landschappen is IJsland de plaats bij uitstek om met een breedhoeklens aan de slag te gaan. Een lens van 16 à 17mm op fullframe camera’s of een equivalent van 10mm of APS-C camera’s leent er zich perfect toe om deze weidse landschappen in beeld te brengen. Ook een telezoomlens (bvb. een 70-200mm) komt van pas bij het fotograferen van details, patronen en structuren in het landschap. Wie graag vogels wil fotograferen, neemt ook best een telelens mee. Met een 300mm lens kom je al een heel eind, want vogels op IJsland zijn doorgaans veel minder schuw dan bij ons. 
Omdat het vaak winderig kan zijn, is een degelijk en stevig statief absoluut noodzakelijk en een set grijsverloopfilters en een polarisatiefilter zullen nodig zijn om het licht en contrast onder controle te houden. Breng ook voldoende opslagruimte en batterijen mee. Bij koud weer hebben batterijen de eigenschap veel sneller in kracht te verliezen. Je doet er goed aan om de batterijen daarom zo dicht mogelijk tegen je lichaam te bewaren, zodat ze goed warm blijven.

Praktisch

In de winterperiode arriveren de meeste reizigers met het vliegtuig in Kevlavik International Airport, op een klein uurtje rijden van de hoofdstad Reykjavik.  Vluchten vertrekken vanuit Brussel, maar het loont ook de moeite om even uit te zoeken of vliegen vanuit Amsterdam niet goedkoper is. Vergeet niet dat je wel nog tot in Amsterdam moet geraken en een treinticket heen en terug al snel €80 kost.

Als je individueel reist, moet je natuurlijk ook voor een huurwagen zorgen. Vaak is die het goedkoopst wanneer die samen met de vlucht geboekt wordt. Of je in de winter een Jeep nodig hebt, is moeilijk te zeggen. Sowieso ben je in de wintermaanden verplicht om  op de ringweg en andere hoofdwegen te blijven, want de secundaire wegen zijn, zelfs met een Jeep, gewoonweg niet berijdbaar. Daarnaast hangt veel ook af van de weersomstandigheden. Vorige winter was het mogelijk om met een kleine personenwagen de volledige ringweg rond te rijden, maar de maand maart was dan ook uitzonderlijk zacht geweest. Andere winters zijn bepaalde stukken van de ringweg gewoonweg niet berijdbaar, omdat die volledig dichtgesneeuwd ligt. Het weer in IJsland is onvoorspelbaar en daar hou je best ook rekening mee bij het plannen van de reis.

Er bestaan verschillende formules om op IJsland te reizen. Wie het graag goedkoop wil houden en individueel wil reizen, kan gebruik maken van slaapzakaccomodatie  in farmhouses (www.farmholidays.is) en jeugdherbergen (www.hostel.is) waar je vanaf 3000 ISK (of €20) over een degelijke kamer met gedeeld sanitair beschikt. Farmhouses vind je bijna overal in IJsland en in de winterperiode is vooraf reserveren niet noodzakelijk. Wie wat meer op luxe gesteld is, kan verblijven in hotels of appartementen (www.hotel.is en www.hotels.is), maar dan betaal je al snel 12500 – 18500 ISK (€80 - €120) voor een tweepersoonskamer.
Naast individuele reizen worden er tegenwoordig ook veel groeps(fotografie)reizen aangeboden. Met deze formule hoef je niet alles op eigen houtje te organiseren en wordt alles voor jou geregeld. Starling reizen (www.starlingreizen.be), biedt winterreizen aan onder begeleiding van IJsland-expert Willy Wouters. Willy reist al ruim 30 jaar naar IJsland en kent het land als geen ander. Hij probeert naast de klassiekers ook minder gekende gebieden te bezoeken, waar je zelf doorgaans minder snel komt en die in de wintermaanden vaak enkel met een speciaal voertuig bereikbaar zijn.

Natuur en landschappen

De natuur en de landschappen over het ganse eiland zijn zo indrukwekkend dat je vanaf de luchthaven eigenlijk niet ver hoeft te rijden om meteen met fotografie aan de slag te kunnen. Verder ziet het landschap er ook telkens anders uit onder invloed van het steeds veranderende weer en licht. Het is onmogelijk om in één artikel alle bijzondere fotolocaties op IJsland te bespreken. Ik richt me daarom vooral op het Zuiden, dat in de winter doorgaans ook het meest toegankelijk is.

Besneeuwd lavalandschap

Vanuit Reykjavik volg je de ringweg tegen de klok in richting Selfoss: na een 20-tal kilometer, nog voor je Hveragerdi bereikt, rijd je de bergen in en vind je aan weerszijden van de ringweg een geothermisch gebied met uitgestrekte lava-en mosvelden omringd door indrukwekkende bergen. Dit gebied is beslist een bezoekje waard en omwille van zijn hoogteligging en de nabijheid van de bergen vind je er ook vaak sneeuw. In deze chaotische lavalandschappen is het niet altijd eenvoudig om de juiste compositie te vinden, maak daarom gebruik van voorgrondelementen om de foto diepte en structuur te geven. Je kan er bijvoorbeeld werken met interessante lavaformaties of met de lijnen en structuren die je aantreft in de sneeuw- of ijsvlaktes. Met een breedhoeklens haal je hier ongetwijfeld de beste resultaten, maar vergeet niet op details te letten. Vaak vind je in deze uitgestrekte lavavelden of op de flanken van de bergen die hen omringen prachtige lijnen, structuren en patronen terug. Probeer hierbij het volledige beeld gevuld te krijgen met hetzelde patroon, zodat het onderwerp abstract en onherkenbaar wordt. Je eigen creatieve visie is hier het enige wat telt.

Belichting

Hou ook steeds de belichting en het histogram in de gaten en controleer de hooglichten en schaduwen. Bij sneeuw zal je vaak 2/3 tot een volledige stop moeten overbelichten om een correct belichte foto te krijgen. Je camera heeft immers de neiging alles te grijs weer te geven.
Ruim 70km voorbij de stad Selfoss kan je al vanaf de ringweg op de linkerkant de indrukwekkende waterval Skógafoss zien liggen. Uiteraard bieden deze waterval en de rivier waar ze in neerstort voor een landschapsfotograaf de nodige mogelijkheden, maar ook wildlife fotografen komen hier aan hun trekken. Deze plaats staat bekend om haar Noordse Stormvogels die je met een telelens kunt fotograferen met een interessant patroon van kletterend water in de achtergrond. Dergelijke vliegbeelden maken is natuurlijk niet eenvoudig, maak daarom gebruik van de servo-modus of continu focus (AI-servo voor Canon of AF-C voor Nikon) op je camera. Zet je camera in burst-modus (fotograferen in hoge snelheid) en maak veel beelden na elkaar, dan maak je de meeste kans dat er perfect scherpe beelden tussen zitten waar de vogel op dat moment ook in de juiste houding vliegt.

Onweerwolk boven het strand van Reynisfjara

Vik & Dyrholaey

De volgende halte is het zwarte strand van Vik met de bekende basaltzuilen van Reynisdrangar, die je vanop het strand bij zonsondergang kunt fotograferen. Vanuit Vik loont het ook de moeite om eventjes terug te keren langs de ringweg en de bordjes richting Dyrhólaey te volgen. Deze weg leidt je eerst langs een estuarium waar bergen prachtig reflecteren in het ondiepe water. Wat verder houdt de weg op en kom je bij een duizelingwekkende klif waar je in het oosten een prachtig uitzicht krijgt op het lager gelegen strand van Reynisfjara met aan de horizon opnieuw de basaltzuilen van Reynisdrangar. Vanaf de kust worden stevige sneeuwbuien het land in geblazen, die vaak voor een erg dramatische wolkenlucht en setting zorgen. De breedhoeklens komt hier opnieuw van pas om dit indrukwekkende kustlandschap volledig tot zijn recht te laten komen. Op de kliffen vind je opnieuw Noordse Stormvogels die zich erg gemakkelijk laten benaderen en fotograferen.

Skaftafell

De ringweg leidt ons nu verder richting Skaftafell Nationaal park, de volgende halte. Onderweg krijg je al af en toe een zicht op de Vatnajökull, IJslands grootste gletsjer en de 3e grootste ijskap van onze planeet. Een zijweg leid je naar het infocentrum, tevens de ingang van het nationale park. Vanaf de parking kan je een 4km-lange klim volgen tot aan de bekende waterval Svartifoss. Langs dit wandelpad krijg je bovendien ook een uitzicht op de uitgestrekte spoelzandvlaktes en het vlechtwerk van riviertjes. Met de telelens kunnen deze opnieuw tot leuke abstracte beelden leiden.
Een andere, veel vlakkere wandelroute, brengt je naar Skaftafellsjökull, één van de gletsjertongen van de Vatnajökull. Ook hier zijn met een telelens prachtige abstracte beelden te maken van het indrukwekkende kleuren- en lijnenspel dat je in de gletsjer terugvindt. Omdat een lens met grote brandspuntafstand gevoelig is voor bewegingsonscherpte, werk je best vanaf een statief.

Jökulsárlón

De laatste stop op onze route is een absolute toplocatie: het gletsjermeer van Jökulsárlón. In dit ijskoude meer brokkelen reusachtige stukken ijs van de Vatnajökull af en drijven rond op het water. Vanaf de oever krijg je een indrukwekkend zicht over het meer, de gletsjer en de bergen die hen omringen. Je kan hier met de breedhoeklens aan de slag om een algemeen beeld te schetsen, maar overweeg hier bijvoorbeeld ook eens een panorama. Gebruik hiervoor een standaardlens van ongeveer 50-80mm en werk op een perfect horizontaal gepositioneerd statief. Kantel de camera in portret stand en maak verschillende foto’s met telkens 15-20% overlapping. Hou de belichting en de het diafragma over alle beelden constant. Achteraf kunnen in Photoshop (of andere software) alle foto’s héél eenvoudig aan elkaar gezet worden. Je kan ook meer in detail gaan en de schitterende kleuren en vormen van deze natuurlijke ijssculpturen fotograferen of je bezig houden met de zeehonden die vaak op deze ijsschotsen rusten.


Let op: afhankelijk van de weersomstandigheden kan deze locatie er helemaal anders uitzien. Bij ons laatste bezoek in maart was het ene moment alles dichtgevroren en een week later was er geen ijsschots meer te bespeuren. Deze toplocatie viel ons toen dus eerder tegen. Mocht dit het geval zijn op jouw reis, dan kan je nog altijd de minder bekende gletjsermeren Breiðárlón en Fjallsárlón aandoen. Deze liggen vlakbij en hebben op dat moment misschien meer te bieden.
Een locatie die echter nooit tegenvalt is het zwarte strand aan de overkant van de ringweg. Het gletsjermeer van Jökulsárlón staat in verbinding met de Atlantische Oceaan en de ijsschotsen drijven langzaam naar zee waar ze vervolgens opnieuw aanspoelen op het strand. Bij zonsop- of ondergang kan je hier spelen met het licht dat door de ijsblokken schijnt. Het loont ook de moeite om te gaan experimenteren met golfslag en lange sluitertijden. Neem een sluitertijd van ½ - 2s om de dynamiek en structuur in het water te visualiseren of gebruik een langere sluitertijd van ongeveer 15-30s om het water volledig te blurren en een mistig, dromerig effect te creëren.

Detail van het pkafond van een ijsgrot

IJsgrot

In de buurt van het ijsmeer vind je ook een aantal ijsgrotten. Deze ontstaan doordat smeltwater zich een weg baant onder de gletsjerijskap en zijn de laatste jaren erg populair geworden. Een bezoek aan een ijsgrot is een bijzondere ervaring, het lijkt immers bijna alsof je een andere wereld binnenstapt. Het ijs is al vele honderden of duizenden jaren oud en meestal blauw van kleur. Het licht van buitenaf schijnt er op zo’n manier door dat het precies lijkt alsof de grot met een blauwe neonlamp wordt verlicht. Met de telelens kan je de prachtige ijsstructuren en kleuren fotograferen, die je terugvindt in de wanden en het plafond van de grot, maar vergeet opnieuw je breedhoeklens niet. Ook het statief moet zeker mee, want het is altijd vrij donker in deze grotten.
Mocht je op eigen houtje al zo’n grot kunnen vinden, dan is het om veiligheidsredenen absoluut afgeraden om die alleen te betreden. Hiervoor kan je een beroep doen op Einarr (www.localguide.is) die verschillende tours organiseert naar deze surrealistische blauwe grotten. Bovendien is het een erg leuke ervaring om met z’n superjeep over het gletsjerpuin te crossen op weg naar de grot.

Tip

Verder geef ik je nog een belangrijke tip mee die ongetwijfeld tot meer en betere resultaten zal leiden: probeer steeds meerdere dagen in één gebied te verblijven zodat je niet elke dag naar een andere locatie hoeft te rijden. Zo krijg je de kans om deze locaties beter te leren kennen: je leert wat werkt en wat niet werkt, en kunt bovendien het landschap fotograferen onder verschillende (weers)omstandigheden.

Noorderlicht boven een kerkje

Aurora Borealis

In de winter maak je in IJsland ook kans op Noorderlicht, ook wel Poollicht of Aurora Borealis genoemd. Dit lichtverschijnsel vindt eigenlijk het hele jaar door plaats, maar enkel vanaf september tot april wordt het in de noordelijke landen donker genoeg om het ook te kunnen waarnemen. Noorderlicht ontstaat door uitbarstingen op de zon waarbij geladen deeltjes het heelal worden ingeblazen. Wanneer deze deeltjes onze atmosfeer binnendringen en in botsing komen met zuurstof- en stikstofatomen komt hun energie vrij onder de vorm van het kleurrijk poollicht. Dit licht is meestal groen, maar kan ook rood, paars of wit gekleurd zijn. Soms is het statisch, maar bij verhoogde activiteit danst het licht heen en weer in de hemel en creëert het prachtige lichtbundels en -gordijnen. Eigenlijk schieten woorden te kort om dit magische schouwspel te beschrijven.

Noorderlicht fotograferen

Hoe ga je nu praktisch te werk bij het fotograferen van het Noorderlicht? Om te beginnen doe je er goed aan vooraf enkele locaties te verkennen zodat je niet meer hoeft te zoeken naar een geschikte plaats wanneer de activiteit begint. Zorg dat je al voor duisternis aanwezig bent, zodat je de compositie en scherpstelling al kunt bepalen. Stel manueel scherp en vermijd daarna de scherpstelring nog aan te raken.

Als je het licht optimaal wilt fotograferen, dan haal je het beste resultaat met lichtsterke breedhoeklenzen met een diafragma opening van f2.8. Echte Noorderlicht fotografen maken zelfs gebruik van f1.4 lenzen. Daarnaast heb je ook een camera nodig die goed presteert op hogere ISO-waarden. De sluitertijd blijft namelijk best onder de 30 seconden door de lens in te stellen op haar grootst mogelijke diafragma (bvb. f2.8) en de ISO op te drijven tot ISO800 of zelfs hoger. Op die manier behoud je zoveel mogelijk de prachtige vorm en structuur van het licht. Wanneer de sluitertijd langer dreigt te worden, loop je de kans dat het licht tot een wazige groene vlek vervaagd wordt. Bij zwakke Aurora’s kan dit net het gewenste effect zijn om het licht wat te versterken. Tenslotte is het natuurlijk logisch dat dit alles vanop een stevig statief moet gebeuren in combinatie met een afstandbediening en mirror lockup (spiegelopklappen) om elke vorm van trilling en bewegingsscherpte te vermijden. De sterkste (en meestal ook moeilijkste) noorderlichtfoto’s tonen niet enkel het licht, maar hebben ook landschappelijk een meerwaarde. Je gaat dus niet enkel het licht fotograferen, maar probeert ook wat meer de omgeving in beeld te brengen. Omwille van de beperkte scherptediepte, die je nodig hebt om het licht te fotograferen, is het moeilijk om het landschap volledig scherp weer te geven. Daarvoor kan je ook gebruik maken van twee opnames, waarbij je één foto neemt bij f2.8  en een hoge ISO-waarde voor het licht en vervolgens een foto met een hogere diafragmawaarde (bvb. F8.0) en lagere ISO-waarde voor het landschap. Deze foto’s kan je achteraf via lagen en maskers softwarematig samenvoegen zoals je ook bij een exposure blend doet.
Maar het allerbelangrijkste is misschien wel dat je vooral ook niet mag vergeten om de camera even opzij te zetten, in de sneeuw te gaan liggen en gewoon te genieten van het mooiste en meest beklijvende natuurfenomeen op aarde!

Noorderlicht

Hoewel het omwille van de verhoogde zonneactiviteit de komende winters eigenlijk ideaal is om het Noorderlicht te fotograferen, mag je er toch niet vanuit gaan dat het een zekerheid is op elke winterreis. Het licht is vaak onvoorspelbaar en helemaal niet zo eenvoudig te fotograferen. De grootste spelbreker is vaak het weer. De meeste kans maak je op een heldere, koude nacht tussen 22u en 2u en bij volledige duisternis. Hou dus ook rekening met de maanstanden.

Noorderlicht tips

Share: